Gisteren heb ik het gesprek met mijn
leidinggevende gehad, man wat was ik zenuwachtig. Hij was door
omstandigheden wat later en daardoor werden mijn zenuwen alleen maar
groter. Ik had een paar notities gemaakt en besloot dapper van wal te
steken, ik wilde het vooral hebben over mijn gevoel en beleving. Ik begon
door te zeggen dat ik het niet zo fijn had op mijn werk en dat ik mij
niet gelukkig voelde om vervolgens aan te geven dat dat gevoel niet door
een groot ding komt maar door verschillende zaken. Ik noemde de
volgende punten:
1. Het gebrek aan team gevoel en verbinding
Ik
heb aangegeven dat ik het goed kan vinden met mijn collega’s maar dat
er geen eenheid is. Er is geen team omdat er geen gezamenlijk doel is,
geen visie en de rollen zijn niet duidelijk. Ik heb aangegeven dat
iedereen zijn best doet maar dat het ‘niet werkt'.
Hij
gaf aan dat dit een bekend probleem is, dat er al 4 nieuwe mensen eerder
na een korte tijd opgehouden zijn omdat het niet loopt. Hij wilde het
deze keer echt anders doen en meer zaken aanpakken om te voorkomen dat
personeel na een paar manden stopt.
Zijn idee was om uiteindelijk
de taken veel meer te verdelen over iedereen. Op dit moment hebben de
twee ‘oudere’ medewerksters het idee dat hun taak van hun is en laten
het niet genoeg los, hierdoor wordt er niet goed samengewerkt. Zijn idee
is om zodra ik ingewerkt ben de vaste mensen voor minimaal een maand
van hun vaste plek ‘ weg te houden’. Het werk is gezamenlijk en de groep
moet ook het gevoel hebben gezamenlijk de verantwoording voor alles te
delen.
Hoewel het voor de vaste medewerkers even moeilijk zal
zijn denk ik dat het een hele goede oplossing is, die uiteindelijk ook
voor hun beter zal zijn.
2. Het gebrek aan communicatie
Daarnaast
vertelde ik hem dat wij als ‘ team’ nodig hebben om gezamenlijk geĆÆnformeerd te worden over belangrijke zaken. Dit zou volgens mij een
hoop onderlinge problemen voorkomen. Hierdoor kunnen boodschappen niet
verkeerd geĆÆnterpreteerd worden en heeft niemand het gevoel
buitengesloten te worden.
Hij gaf aan dat hij dat inderdaad vaker/ beter zou kunnen doen, en neemt het mee.
3.Het gebrek aan visie/ leiding/ een gezamenlijk doel, en of dit gaat veranderen
Dit
valt een beetje samen met de eerder genoemde punten. Hij gaf aan dat er
over twee weken een gesprek is met de CEO over de aanstelling van ‘de
nieuwe’ omdat hij uiteindelijk akkoord moet gaan. Ik kreeg de indruk dat
hij zeker wel een idee heeft van wat er mis is en dat hij ook wel ideeƫn heeft over hoe dit opgelost moet worden, er gaat natuurlijk wel
wat tijd overeen.
Hij vertelde mij in vertrouwen hoe hij
dingen zag en gaf daarbij aan dat hij het idee had dat een van mijn
collega’s niet goed mee werk en dat zij soms dingen achterhoud voor
anderen zodat zij onmisbaar lijkt. Dit heb ik eerder gehoord over deze
collega en soms ook wel een beetje dat gevoel gehad, toch heb ik dat
niet aangegeven omdat ik juist wil dat wij goed samenwerken. Ik kreeg
het idee dat hij haar niet zo mag en heb het eigenlijk een beetje voor
haar opgenomen.
4. Het gebrek aan communicatie en planning van de marketing afdeling
Dit
gaat voornamelijk over het aankomende evenement waarbij ze drie weken
vooraf vertellen dat wij het hele weekend moeten werken en dat wij dat
maar moeten regelen onder elkaar. Wij hebben alle drie al plannen en
moeten dat nu blijkbaar afzeggen. Ik heb aangegeven dat ik echt wel
bereid ben om in het weekend te werken voor evenementen maar dat ik
zoiets wel graag iets ruimer van te voren weet zodat ik daar rekening mee kan
houden. Dit gebeurt namelijk wel vaker zo vanuit marketing, bovendien proberen ze veel werk op ons af te schuiven.
‘Das geht gar nicht!’ zei hij, en hij gaf aan dat
ik samen met mijn collega’s moet aangeven dat wij niet kunnen en dan
moet marketing dat maar anders regelen. Als zij daar problemen mee
hebben dan moesten ze maar naar hem toe komen. Zulke dingen moeten
voortaan eerder aangeven worden.
Het hele gesprek
liep erg goed en ik kreeg het gevoel dat hij zeker wel een idee heeft
over waar het heen moet gaan en hoe wij er komen. Ik heb ook duidelijk
door laten schemeren dat het goed zou zijn dat hij zich iets meer laat
zien, en hij gaf aan daarin wat actiever te worden. Voor mij was het
zeer positief, en kreeg toen de kans om wat positievere zaken te
bespreken.
Ik gaf aan dat ik veel potentie zie in de baan
en het werk wat wij samen moeten uitvoeren, het heeft de kans om heel
leuk te zijn en om daarbij een uitstekende service te bieden aan onze
klanten. Ik noemde hem een aantal verbeterpunten voor onze service en
deze heeft hij zich genoteerd. Zo eindigde het gesprek op een positieve
noot, en verliet ik zijn kantoor met een goed gevoel.
Gelijk
daarna hadden wij een gesprek met de marketing afdeling over het
aankomende evenement, waarbij wij hebben aangegeven dat wij niet kunnen
werken. Hiermee is de kous af en word het afgezegd. Ik hoef dus niet te
werken en mijn (al langer staande) plannen af te zeggen! Ik ben nu heel
erg opgelucht en heb weer hoop dat het werk in de toekomst beter wordt!